E-Book Content
Voorwoord Het Nederlands wetenschappelijk onderzoek kan zich thans verheugen in een vooraanstaande positie op de wereldranglijst. Maar de wereld verandert en dat kan gevolgen hebben voor die positie. Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (OC&W) en het Ministerie van Economische Zaken (EZ) willen daarom meer inzicht verkrijgen in de toekomstige ontwikkelingen die van invloed kunnen zijn op het wetenschappelijk onderzoek, teneinde hun beleid daarop te kunnen toespitsen, zodat ook in de toekomst een goede kwaliteit van het onderzoek gegarandeerd kan worden. Mr. J. Vrolijk, directeur-generaal Hoger Onderwijs en Wetenschappen van het Ministerie van OC&W heeft RAND Europe daarom verzocht de belangrijkste aandachtspunten die van invloed kunnen zijn op het wetenschappelijk onderzoek in kaart te brengen en om op basis daarvan een visie voor het toekomstige wetenschapsbeleid te ontwikkelen. RAND Europe heeft deze studie uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van OC&W. Het Ministerie van EZ is medefinancier en samen met het Ministerie van OC&W verantwoordelijk voor de begeleiding van het onderzoek. De uitvoering vond plaats tussen april en juli 2001 Dit rapport beschrijft de achtergrond, werkwijze en resultaten van de studie, met daarbij een discussie van de implicaties van het onderzoek voor belangrijke onderwerpen in het beleid ten aanzien van Nederlands wetenschappelijk onderzoek. Aanverwante informatie is in drie afzonderlijke rapporten opgenomen: • Kahan et al. (2001). Visie op de toekomst van het wetenschappelijk onderzoek: speerpunten voor beleid – bijlagen. Leiden: RAND Europe MR-1433/2-RE/OCW/ EZ. Dit deel bevat de namen van de deelnemers aan de seminar games en hun organisaties, de tekst van de scenario’s die zijn gebruikt in de games en gedetailleerde analyses. • Kahan et al. (2001). Visie op de toekomst van het wetenschappelijk onderzoek: speerpunten voor beleid – samenvattingen. Leiden: RAND Europe MR-1433/3RE/OCW/EZ. Dit deel bevat een samenvatting van de studie in de Nederlandse en Engelse taal. • Van de Linde et al. (2001). Aandacht voor de toekomst van het wetenschappelijk onderzoek, consultatie van focusgroepen, Leiden: RAND Europe MR-1366RE/OCW. i De onderzoeksvraag die aan de studie ten grondslag ligt, is: Hoe zal het wetenschapsbeleid voor de komende jaren moeten worden ingevuld om zo goed mogelijk in te kunnen spelen op toekomstige ontwikkelingen en een goede kwaliteit en kwantiteit van het Nederlandse onderzoek te kunnen garanderen? Voor een antwoord op deze vraag zijn vier scenario’s ontwikkeld en zijn seminar games over wetenschappelijk onderzoek opgezet en uitgevoerd. In een seminar game wordt een aantal personen met verschillende achtergrond, maar wel een gemeenschappelijk kenmerk, in dit geval betrokkenheid bij het wetenschappelijk onderzoek, bij elkaar gebracht om hun visie op een complexe materie te geven. In iedere game werden de deelnemers geconfronteerd met een consistent en plausibel scenario van het wetenschappelijk onderzoek werd hen gevraagd een oordeel over het scenario en de consequenties daarvan voor de toekomst van het wetenschappelijk onderzoek te geven. De analyse van deze informatie heeft geresulteerd in speerpunten voor de toekomst van de wetenschap in Nederland. De uitkomsten van dit onderzoek zijn tevens gebruikt bij de invulling van de Onderzoeksverkenning ten behoeve van het nieuwe Regeerakkoord. RAND Europe is de Europese vestiging van RAND (Santa Monica, Californië, USA) en is gevestigd in Leiden, Cambridge en Berlijn. Het doel van RAND Europe is het uitvoeren van onafhankelijke en objectieve beleidsanalyses en het ontwikkelen van strategisch beleid ten behoeve van de publieke en private organisaties in Europa. Voor meer informatie over RAND Europe kan contact worden opgenomen met de algemeen directeur: David Gompert RAND Europe Newt